Laatst zei mijn dochter:’ Je krijgt
een buikje. Maar dat geeft niet hoor, dat staat gezellig, dat hoort bij je
leeftijd’.
Auw!
Heb ik een vorige keer vreselijk
opgeschept over wat ik als hardloper allemaal wel niet ongestraft kan eten en
drinken, nu is het tegenovergestelde aan de orde. Ik heb weliswaar een gezond gewicht
maar er mag wat af. Het is ‘hoognormaal’ en het moet ‘laagnormaal’ worden. In
de tijd dat ik mijn persoonlijke records liep was ik zo’n vijf, zes kilo
lichter en omdat ik de laatste jaren gestaag achteruit ga hoop ik de -
overigens onvermijdelijke - neergang iets te vertragen door mijn oude wedstrijdgewicht
weer van stal te halen. Nu de training voor de marathon van Rotterdam begonnen
is, leeft het voor mij. Het moet te doen zijn. Op ‘Voedingscentrum.nl’ kan je
heel gemakkelijk alles wat je eet en drinkt in calorieën optellen. Als ik
minder dan 2000 kilocalorieën eet mòet ik afvallen. Dat doe ik nu dus. Er is al
wat af maar wat een marteling. Op begrip hoef ik niet te rekenen. Als ik tegen
mijn vrouw zeg dat ik aan de lijn doe, vraagt ze: ‘Waar moet dat dan vanaf, van
je schaamlippen soms? Ik dacht dat ik met een vènt getrouwd was. Je lijkt wel
een wijf!’ Stukje seksisme is haar niet
vreemd. Mensen met een reëel overgewicht snappen al helemaal niet waar ik het
over heb. Die zouden in hun handen knijpen met mijn ‘probleem’.
Alleen medeatleten snappen het, hoewel
mijn collega runningtherapeut mij al snel diagnosticeert met ‘anorexia
altletica’. Maar dat komt omdat ze stevige mannen aantrekkelijker vindt. Zelf
is ze trouwens vel-over-been.
Allemaal geneuzel op de vierkante
centimeter natuurlijk. Want wat maakt het iemand uit of ik drieënhalf of
vijfenhalf uur doe over die marathon. Maar goed. Mij maakt het wèl uit. Ik wil
zo snel mogelijk zijn. Een beetje bovenin de uitslagen van mijn
leeftijdscategorie is al goed.
Laaglander
Geen opmerkingen:
Een reactie posten