Jesse woont
samen met onze 3 katten. Haar roedel vindt ze. Hoe de katten hierover denken
weten we niet maar ze zijn wel de baas in huis. Wanneer zij in Jesse ’s troon bivakkeren
is dit een ramp voor haar. Ze durft er dan zelf niet in en heeft stevige
aanmoediging onzer kant nodig om haar plek te veroveren. Maar buiten is het een
ander verhaal. Daar zijn de katten lopend prooi. Ze intimideert hen en de
meeste katten trappen hier in. Ze gebruikt haar alt blaf als schrikwekkend
wapen. Niet alle katten trappen hierin. Zo kwamen we het drie potige zwart/wit
mormel tegen en toegegeven. Jesse deed haar best. De kat blies heftig terug,
zoiets van; ”Pas op! Ik ben eng!” Als Jesse kon lachen deed ze het nu en ging
verder met haar neus richting kat. Kat sprong hierin en het blijkt dat Jesse
ook een sopraan in haar stemvolume heeft. Ze liet toch wel snel los en bloedend
liep ze verder met mij mee. Ik liep toch langs de dierenarts en de assistente
was zo vriendelijk de wond even te condoleren. Het viel reuze mee. We liepen
verder en warempel, op het eind van de wandeling zagen we dat mormel alweer! Denk je
dat Jesse iets geleerd had? Neen dus. Alweer was ze neusje de voorste. Alleen
deze keer liet ik het niet toe. Ik heb het wel geleerd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten