Hij was zó moe na het gevecht |
Vlak voor we met
vakantie zouden gaan en Mink naar het pension moest liet ik hem uit. We passeerden
een veerooster in een wei. Ik had Mink aan de lijn vanaf de fiets. Op dat
zelfde moment kwam er een loslopende American Staffort-bullterriër aan. Zonder
inleidende waarschuwing greep hij Mink in één beet bij zijn hoofd en oor, hij
beet door zijn oorschelp heen. Zo hield hij hem vast. Ik probeerde de hond los
te krijgen want Mink kreeg duidelijk geen lucht. Ik zat nog op de fiets. Ik
reed met de fiets hard tegen de terriër aan. Geen reactie. Ik sprong van mijn
fiets af, de oortjes van mijn mp3speler sleepte over de grond. Ik vloekte en
schold zo hard ik kon: ’Pleur op, tering hond’. Daar had ik een paar weken
geleden een herdershond, die Mink fel aanviel, mee weggejaagd. Dit keer hielp
het niet. Ik greep de Staffort bij zijn achterpoten en sleurde hem van Mink af.
Dat ging niet zonder slag of stoot, hij sleepte Mink mee. Ik trok en draaide
hem gedeeltelijk onder mijn liggende fiets door zodat hij Mink wel los moest
laten. Dat lukte. Nu had ik echter een gevaarlijke hond als een kruiwagen bij
zijn achterpoten. Ik durfde hem niet los te laten. Zó kon hij niets doen maar eenmaal
weer los kon hij opnieuw Mink aanvallen, of mij, natuurlijk. Zijn bazin was intussen
gearriveerd. Ze had niet de tegenwoordigheid van geest om haar hond aan te
lijnen. In plaats daarvan hield ze Mink bij zijn riem vast, alsof die kwaad zou
kunnen, onderwijl jammeren en zuchten. Ik moest verschillende keren aandringen
om haar hond van mij over te nemen:’Ik kan hem niet loslaten. Anders spring ik
met hem de Rotte in en verzuip hem; ik zweer het, dus neem hem over’. Het was
een dame van een jaar of 65-70. Niet iemand die je bij zo’n hond zou
verwachten. Tijdens mijn worsteling sloeg ze haar hond met de riem op zijn rug,
zonder enige reactie. Toen ze eindelijk Mink had losgelaten en haar eigen hond
had vastgemaakt, zei ze dat ze het erg vond en dat ze de schade zou vergoeden.
Ik kreeg haar telefoonnummer. Ze heet Stella Cobie, echt waar. Later kwam er
een man bij met een Jack Russell-teefje. Hij vertelde dat de Staffort altijd
heel lief was tegen zijn hondje. Het was een buurman. Ik heb gebeld met de
dierenarts. Zij adviseerde mij langs te komen. Bijtwonden infecteren vaak. Ze
heeft twee wonden geplakt. ‘Met houtlijm’, zei ze. ‘Houtlijm?’, vroeg ik. ‘Hij
is toch niet van hout!’ Maar ze bedoelde huidlijm, ze is Russisch en kan geen
ui zeggen, zoals veel buitenlanders, trouwens. Ze dacht, geloof ik, dat ik haar
in de zeik probeerde te nemen, omdat ik moest lachen. Ze wilde eigenlijk hechten
maar Mink moest naar het pension. En dan zou hij na een week terug moeten. Hij
kreeg een penicilline-injectie en voor vijf dagen tabletten. Zo begon Mink’s en
onze vakantie met een lelijke dissonant. Gelukkig heeft Mink er niets aan
overgehouden, zelfs geen posttraumatische stressstoornis. Hooguit wat meer
respect voor bullterriërs maar dat kan nooit kwaad. Ik heb nu zoveel geschreven
dat ik aan de vakantie zelf niet toekom. Dat komt de volgende keer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten