van Mathieu Paley. |
De laatste
tijd hoor ik mensen praten over de dingen die ons scheiden, wat de ander denkt
en interpreteert. Dan ook niet eens op een positieve wijze. Dan denk ik aan het oude gezegde: “Wanneer men iemand wil slaan vind men altijd wel een stok”. Ikzelf
probeer me bezig te houden met de dingen die ons verbinden. Dat houdt me wat
blijmoediger. Zo neus ik af en toe in een oud boekje uit 1979 geschreven door
Paul Reps en het heet Zen-zin. Zen-onzin. Het bevat korte verhaaltjes over het
Zen boeddhisme waar ik al lange tijd mee loop te flirten. Het zet me aan het
denken. Dit is een van die verhaaltjes.
Niet ver van het Boeddha schap.
Een student aan een universiteit, die op bezoek was bij
Gasan, vroeg aan deze: ‘Hebt u ooit de Christelijke Bijbel gelezen?’
‘Nee, lees me eruit voor’ zei Gasan.
De student opende de Bijbel en las voor uit Mattheus: ‘En
waarom zijt gij bezorgd over kleding? Ziet de lelies op het veld, hoe zij
groeien. Zij zwoegen en spinnen niet, en toch zeg ik u dat zelfs Salomon in al
zijn heerlijkheid niet gekleed was als deze… Wees dus niet bezorgd voor de dag
van morgen, want de dag van morgen zal bezorgd zijn voor zichzelf.’
Gasan zei:’ Wie deze woorden heeft gezegd, beschouw ik als
een verlicht man.’
De student las verder; ‘Vraagt en ge zult verkrijgen, zoekt
en gij zult vinden, klopt en er zal worden open gedaan.’
Gasan merrkte op: Dat is uitstekend. Wie dat gezegd heeft was niet ver van het Boeddhaschap.
Gasan merrkte op: Dat is uitstekend. Wie dat gezegd heeft was niet ver van het Boeddhaschap.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten