donderdag 31 oktober 2013

Genieten = een Werkwoord


Hot schudt de een na de ander stuk uit zijn vingers en bij mij? Ik blijf maar filosoferen en worstelen met en  over de stelling die hierboven staat. Telkens blijft deze zin in mij naar boven komen. Hoe kom ik erop? Tja. Een aantal jaren geleden waren Hot en ik geregelde feestgangers. We gingen regelmatig uit eten, naar clubs enz. enz. We gingen laat naar bed en vroeg weer uit. Dit was dus duidelijk voor de tijd van de diagnosticeren van die vermaledijde ziekte. Het was erg leuk maar wanneer we nu terugblikken wat we toen allemaal deden worden we nu allebei al heel erg  moe. Maar dit is een ander verhaal. We ontmoette dus allerlei mensen van diverse pluimage en leeftijden. Wat mij opviel was dat de er veel mensen bij wijze van spreken tegen de muur gingen hangen met hun bekkie open en maar wachten tot de gebraden kippetjes er in  zou vliegen. Dat werd dus erg lang wachten en de verwachtte dromen kwamen niet uit of zodanig dat het niet herkend werd want alles wordt  toch altijd anders dan je gedroomd heb. “Timing is all” is een oude gezegde. Herkenning ook.
Dus; Genieten =
Met een lekker kopje verkeerd luisteren naar mijn lievelingsmuziek.
Een game op m’n computer spelen en gelijkertijd luisteren naar de radio.
Lekker tegen mijn lief aankruipen wanneer we samen wakker worden.
Een nieuw recept uitproberen en mijn lief te zien smikkelen.
Knul te zien spelen met een propje papier.
Mijn lief te zien koken terwijl hij iets lekkers voor mij loopt te brouwen.
Om tijdens de Algemene Vergadering te horen dat de opkomst zo hoog is dankzij het nieuwe bestuur.
Met z’n allen kunstwerken te creëren bij de afsluiting van het oude jaar en het resultaten te bekijken.
Naar de vogels kijken van ons nieuwe huis.
De stem van mijn zoon te horen wanneer hij belt.
Jesse te zien ravotten in de sneeuw.
Het lukken mijn mond dicht te houden wanneer ik een rot opmerking voel opkomen.
Genieten zit in kleine dingen van alles wat we doen en laten. Het valt snel weg in de vaart der alledaagse dingen maar het wordt zo koud wanneer ze er niet meer zijn.

Dit is een oud stukje van 2010-12-19




woensdag 30 oktober 2013

Ze zijn begonnen.


Ze zijn begonnen. De installateurs zijn nu op het dak om de veranderingen aan het rookanaal uit te voeren. Dit wordt zo verbouwd zodat het ontstane vocht dat bij de verbranding ontstaat via het riool kan worden weg gevoerd. Dat was het grote probleem waarom de meeste  bedrijven het alleen wilden doen als alles tegelijkertijd kon worden uitgevoerd. Probeer het maar eens voor elkaar te krijgen om iedereen, dus alle bewoners van de 16 appartementen hun goedkeuring te laten geven. Niet dus. Er bestaat een gezegde dat luidt; een idioot kan meer vragen stellen dan een wijze kan beantwoorden. Dat heb ik dus geleerd. Maar de 1ste bewoonster heeft haar nieuwe cv en warmteterugwinsysteem al in haar berging staan. Wij zijn maandag de 4de aan de beurt. Gelukkig is alleen het rookkanaal in beheer van de VvE en de rest moeten ze zelf maar uitzoeken. Mijn deel is dan gedaan. 

dinsdag 29 oktober 2013

When I was young

Ik had nog een aantal foto’s die nog gearchiveerd moesten worden. We kwamen deze tegen. Hij was genomen door een toenmalige vriend. Ik weet zijn naam niet meer. En zoals het vaak gebeurt vond ik mezelf toen niet mooi en ik vertelde hem dat ik niet fotogeniek was. Hij sprak me tegen en maakte dit portret van mij. Ik was toen 20 jaar denk ik. Nu kijk ik er totaal anders tegen aan. 

maandag 28 oktober 2013

Oponthoud in Nooddorp


Schoolzwemmen begon vóór de andere lessen. Om het overdekte zwembad te bereiken moest ik in het vale ochtendlicht langs het nooddorp. Dit ‘Brabantse dorp’  lag op de plaats waar zich nu winkelcentrum Zuidplein bevindt.
Een schrale wind blies door de lege straten, op de achtergrond hoorde ik heien, de hartslag van Rotterdam in die dagen; de bouwvakkers begonnen vroeg.
Op vier veilingkisten stond een bejaarde Chevrolet Impala zonder wielen. In de lange schaduw ervan lag een grote gevlekte hond met een kale staart op een bot te knagen. Toen ik langs kwam keek hij met één leep oog op en gromde zachtjes. Ik ging snel naar de overkant. Ik wil je bot niet! Mensen waren op dit vroege uur niet te bekennen op straat.
Na de zwemles liep ik met mijn klasgenoten naar school. Met mijn natte haar in de wind kreeg ik het koud. Toen het  ook nog begon te regenen besloten twee jongens en ik de kortste weg, dwars door nooddorp te nemen.

Door de bombardementen op Rotterdam in 1941, waren veel mensen dakloos geraakt. Met het puin werden nooddorpen gebouwd: lage huisjes zonder verdieping en een puntdak met asfaltpapier, in rechte, boomloze straatjes.
Als gevolg van de woningnood bleven die dorpen veel langer bestaan dan oorspronkelijk de bedoeling was. In de jaren 50-60 vormden de bewoners een hechte gemeenschap met sociale controle en een sterk wij-gevoel. Over hen deden ongunstige geruchten de ronde. Er zou veel alcoholmisbruik, werkloosheid en incest zijn en wie trouwde zonder dat het ‘moest’ heette een pater.

Eenmaal op onbekend terrein kreeg ik een onbestemd gevoel in mijn buik. Het was niet alleen de honger omdat mijn ontbijt nog in mijn rugzak zat, (Nooit zwemmen met een volle maag: kramp, verdrinkingsdood.) nee zo’n vage misselijkheid die via je middenrif naar je keel gaat en je doet hijgen. Misschien hadden we toch maar niet door het dorp moeten gaan. Mijn metgezellen - Wim Boer, een mager scharminkel met flaporen en Frits Vermeulen, een vriendelijk blond jongetje - en ik gingen steeds sneller lopen.
Plotseling stond er een jongen van een jaar of veertien voor mijn neus. Hij was uit een zijstraatje gekomen. Hij had een oude grotemensenjas aan, een sjekkie in zijn mond en hij rook zurig naar oud zweet. Ik kende hem wel. Althans, van gezicht. Hij was een paar maal blijven zitten en vorig jaar van school gestuurd. Waarom hij weg moest wist ik niet. Hij greep mij bij m’n sjaal, spuugde zijn peuk tegen me aan, keek me woedend aan en brulde: ’Jou moet ik net hebben, mannetje. Jìj heb me verajen, hè, klootzak.’ Ik rook zijn tabaksadem en voelde spetters speeksel op m’n wangen. Terwijl hij me vasthield gaf me een klap tegen mijn hoofd en tegelijkertijd een knietje in m’n kruis. Door de klap zag ik sterretjes en pijn van de schop trok door mijn buik en maakte me misselijk. Ik voelde mijn buik en benen warm en nat worden; ik stond in mijn broek te plassen.
‘Nee, echt niet, ik weet van niks, ik ken je geeneens’, piepte ik. Mijn kameraden gingen er als hazen vandoor. Toen hij uithaalde om me opnieuw een lel te geven wist ik me los te trekken en ging op de loop. Ik rende het zijstraatje in, hij kwam me achterna.

Mijn vader had als kind in de crisisjaren ’30 in de Rubroekstraat, in Crooswijk  gewoond. Hij en zijn vijf broers hadden daar vaak strijd geleverd met haveloze buurtkinderen. Het ging er dan genadeloos aan toe. De broertjes hielpen elkaar door dik en dun. Daar vertelde hij soms over en ik luisterde  met ontzag. Was ik maar zo dapper en had ik maar zulke bondgenoten.

Ik sloeg de hoek om en zag de gestrande Chevrolet. Ik dook onder de auto. Het stonk naar olie, benzine en hondenstront. Ik stootte mijn hoofd tegen de uitlaat. De Impala bewoog één adembenemend moment en lag toen weer stil. Mijn hart ging tekeer als een klopboor, tussen mijn gehijg door hoorde ik in de verte de scheepstoeter van een schip. Zat ik maar op die boot!  De oude bastaard, die daar nog ergens rondscharrelde verried me met hysterisch geblaf.
Een ogenblik later verscheen het hoofd van mijn kwelgeest. ‘Ha, daar heb ik je, nou ben je goed de lul, ventje.’ Op handen en knieën kroop de grote jongen tussen de kisten door om mij te grijpen. Toen hij onder de wagen was, schoot ik eronderuit, in het voorbijgaan een kist meetrekkend. Met luid gekraak begaven de andere drie veilingkisten het en plofte de grote auto op mijn tegenstander.
Ik hoorde één gesmoorde kreet. Toen werd het oorverdovend stil. Ik bedacht me een honderdste seconde en begon toen te rennen alsof de duivel me op de hielen zat. Sterf maar, klerelijer, dacht ik. Dat zal hij zeker gedaan hebben met meer dan duizend kilo oud ijzer op zijn lijf.


Laagander

Fotomodel van mijn lief.


We zetten elkaar regelmatig op de gevoelige plaat, zoals dat vroeger werd gezegd. Ik sta erop met lange haren, kort voordat de kapper het had verknipt. Sindsdien is Roen mijn kapper en meestal tot onzer beider tevredenheid. 

vrijdag 25 oktober 2013

We gaan morgen weg.

Zoonlief "Incognito"
We gaan morgen naar Arnhem

Hebben bijna alles ingepakt

We gaan hun nieuwe huis bezichtigen

Gaan dat mooi vinden want we kennen hun oude huis

Daar was het ook goed toeven

We hebben mooie spullen mee

Zoonlief gaat protesteren want strakte is zijn leus

Minimalisme, rust aan mijn hoofd.

Hij vertrouwt ons niet

Terecht

We gaan naar Arnhem waar ik 20 jaar heb gewoond

Lekker toeven in nostalgische dromen

Morgen staat hij bij het station op ons te wachten

Het gaat leuk worden


Want we gaan morgen weg.

donderdag 24 oktober 2013

Triest


Ik volg de radio, de tv en Opiniebladen trouw. Dan denk ik zoiets van “Waarom?”  want wat ik hoor maakt me niet blij. De ene groep maakt de andere zwart. Zij zijn de slachtoffers en we doen dit omdat de anderen onze tradities niet volgen of begrijpen. De ene fanaticus vecht tegen de andere in woord en daad. Principes worden even opzij gezet want nu komt dit even niet uit. Wanneer we gewonnen hebben worden ze weer uit de kast gehaald en worden we weer geciviliseerd (denken we) Ook zoiets van vroeger hadden de mensen meer eer. Toen waren er geen zelfmoordenaars die met bommen op hun lijf deze in een menigte lieten ontploffen. Dan denk ik aan films van de 2e
 W.O. waarin de Japanse piloten onder geroep van BANZAI een vijandelijk schip doorboorden. Vroeger had je geen fundamentalisten van de Islam. Nee, toen waren het de communisten. In plaats van bangmakerijen over de Fatwa, Hadj enz. waar we bang over zijn was het toen “De Bom” en dat was toen ook geen sinecure.  Wanneer ik dit alles zo volg klinkt er een lied van Rare Bird uit 1969 door mijn hoofd. Het nummer heet “Sympathy’ en helaas klinkt het nog steeds als zou het nu geschreven kunnen zijn. Dan word ik hier triest van.  http://youtu.be/j2x8oA5h5Jo  Het is en blijft een prachtig lied dat me nog steeds de koude rillingen geeft.


woensdag 23 oktober 2013

VOORTSCHRIJDENDE ACHTERUITGANG, DOODENG


Vandaag een maand thuis. Had ik stiekempjes gehoopt op herstel door de rust en ontspanning, nu, daar is geen sprake van.
Hield ik 6 jaar geleden een dagelijks dagboek en symptomenlijst bij, dat doe ik niet meer. De saaiheid en de weinige verschillen hebben dat moeilijk gemaakt. Nu kijk ik wel wekelijks naar een paar punten en zie en vooral voel gewoon achteruitgang.
Even een rondje over de markt en ik was gisteren gewoon te moe om nog een kop koffie te gaan drinken. Een rondje met de hond onder aan de voet van ons huis en ik ben buiten adem. Een uurtje zwemmen hou ik gewoon niet meer vol en ik heb de scootmobiel nodig om thuis te komen. Ook de verhoging van pijnstilling heeft geen goed gedaan. Vanmorgen werd ik al om 05.00u wakker van de pijn en ben er ook vroeg uitgegaan om dit stukje te schrijven.
HET MAAKT ME BANG.
Angst had ik natuurlijk al vanaf de diagnose, maar uiteindelijk kwam ik weer aan het werk en kon volwaardig werk afleveren. Nu schrijf ik hele leuke en interessante blogjes waar veel positieve reacties op komen, en dat geeft ook bevrediging en lol, en zorgt met al het bijbehorende zoek en speurwerk voor een blijvend werkende geest, maar levert en financieel niks op en de onzekerheid over hoe verder blijft. De bedrijfsarts reageert al drie weken niet op mijn vraag voor een gesprek, en ondanks dat ik tijdens het zwemmen al lang niet meer duik, voel ik me in het diepe.

WAAR GAAT DIT NAAR TOE ?

dinsdag 22 oktober 2013

Tekst gevonden in de oude St Pauluskerk te Baltimore Tekst geschreven in 1692


Wees kalm temidden van het lawaai en de haast en bedenk, welk een vrede er in stilte kan heersen. Sta op goede voet met alle mensen, zonder jezelf geweld aan te doen. Zeg de waarheid rustig en duidelijk, en luister naar anderen: ook zij vertellen hun verhaal. Mijd luidruchtige en agressieve mensen: zij belasten de geest. Wanneer je je met anderen vergelijkt, zou je ijdel en verbitterd kunnen worden, want er zullen altijd kleinere en grotere mensen zijn dan jezelf bent. Geniet zowel van wat je hebt bereikt als van je plannen. Blijf belangstelling hebben voor je eigen werk, hoe nederig dat ook moge zijn: het is een werkelijk bezit in het veranderlijk fortuin van de tijd. Betracht voorzichtigheid bij het zaken doen, want de wereld is vol bedrog. Maar laat dit je niet verblinden voor de bestaande deugd: veel mensen streven hoge idealen na, en overal is het leven vol heldendom. Wees jezelf. Veins vooral geen genegen-heid, maar wees evenmin cynisch over de liefde, want bij alle dorheid en ontevredenheid is zij eeuwig als het gras. Volg de loop der jaren met gratie, verlang niet naar een tijd die achter je ligt. Kweek geestkracht aan om bij onverwachte tegenslag beschermd te zijn, maar verdriet jezelf niet met spookbeelden. Vele angsten worden uit vermoeidheid en eenzaamheid geboren. Leg jezelf een gezonde discipline op, maar wees daarbij lief voor jezelf. Je bent een kind van het heelal, niet minder dan de bomen en de sterren. Je hebt het recht hier te zijn, en ook al is het je al of niet duidelijk, toch ontvouwt het heelal zich zoals het zich ontvouwt, en zo is het goed. Heb daarom vrede met God, hoe je ook denkt dat Hij moge zijn, en wat je werk en aspiraties ook mogen zijn: houd vrede met je ziel in de lawaaierige verwarring van het leven. Met al zijn klatergoud, somberheid, en vervlogen dromen is dit toch nog steeds een prachtige wereld.

Wees waarachtig. Streef naar geluk. 

maandag 21 oktober 2013

Rooster maken.


Het is een lieve man, die van mij, zeggen ze in Arnhem. Edoch, sinds die niet meer regelmatig  buitenshuis vertoeft is het toch weer wennen. Toen kon ik kippenkluifjes kopen voor mezelf want als ik die voor zijn neus zet krult zijn neusje van walging omhoog. Kan ik lekker pittig koken want ook dat is niet zijn ding. You Tube, mijn internet vriend mag niet zo vaak langs komen als ik wil. Ach, dit zijn geen tragische dingen maar toch. Ook heb ik last van mijn zwabbergedrag. De ene dag wil ik totaal iets anders doen dan de andere. Ik ben rijk want ik heb zoveel te kiezen. Dus ben ik begonnen met een rooster voor mezelf te maken. Zo komen mijn plannen van allerlei dingen zoals een doehetzelf cursus van kunst; de kunstenaars, werk en het waarom dit hem/haar enthousiasmeert. Een andere dag werken aan mijn foto’s enz. dan komt het ergens van. Roen werd ook enigszins aangestoken en gaat met zijn rooster aan de slag. Later leggen we die naast elkaar en dan gaan we onderhandelen. Ik ben benieuwd. 

zondag 20 oktober 2013

Sneak Preview.


Eindelijk is het er van gekomen. De grote lading foto’s uit mijn nieuwe toestel is leeggeschud in de pc. Het valt me gelijk op dat deze toch een stuk sprankelder zijn dan uit mijn oudere toestellen. Ik kijk er met plezier naar. Ik heb ze nog niet afgewerkt. Toch wilde ik een sneak preview tonen. Deze is van het tropisch carnaval in Rotterdam.


zaterdag 19 oktober 2013

vrijdag 18 oktober 2013

Piepende mannen.

Piepende mannen.
                               
                                    Mannen zijn heel kleinzerig. Dat is algemeen bekend.
De volkswijsheid zegt dat mannen bij pijn harder klagen dan vrouwen.
Iedereen kent anekdotes van mannen met griep die hele huishoudens terroriseren.
In mijn jeugd kon ik dat beamen; mijn vader had altijd lichamelijke klachten. Mijn moeder nooit. Totdat ik in de verpleging ging werken. In de dagelijkse praktijk van het ziekenhuis kreeg ik een ander  beeld voorgeschoteld. Vrouwen bleken veel meer te klagen, zowel steen als been.
Na een operatie vertonen vrouwen meer weerstand om uit bed te komen en noodzakelijke oefeningen te doen. De fysiotherapeut moet al haar overredingskracht gebruiken:
’Het is veilig, mevrouw. U kunt echt belasten.’
 Mannen willen juist snel uit bed, al was het maar om te roken.
De verpleegkundigen, ook de vrouwelijke, werken liever aan de ‘mannenkant’ dan aan de ‘vrouwenkant’. Want vrouwen laten zich zoveel mogelijk in bed bedienen. ‘Ach, zuster, wil je me een nieuw glaasje water geven, dit staat al heel de nacht.  Wil je m’n kussen goed leggen, wil je me een beetje rechtop zetten. Ik moet plassen.’
Ze bieden tegen elkaar op wat zieligheid betreft.’ Oh, Bep, wat valt het tegen, wat een pijn. Ik ga hier flink uitzieken, thuis komt dat er niet van. ‘  
‘Ja Miep, gelijk heb je, doe ik ook.’                                                                    Als ik deze observatie probeerde te delen werd ik als male chauvinist pig en vuile seksist weggehoond door mijn vrouwelijke collega’s.
Peter R noemt dat tunnelvisie. Je accepteert alleen aanwijzingen die je hypothese ondersteunen.
Een man die nièt klaagt hèèft geen pijn. Een man die klaagt is een typische man; aansteller.
Een vrouw die klaagt heeft pijn. Een vrouw die niet klaagt is een typische, flinke vrouw.               
Ik deed er het zwijgen maar toe. Zo belangrijk is het nu ook weer niet. Misschien  zat ik er naast met mijn eigen tunnelvisie.
Maar vandaag krijg ik, jaren na dato gelijk. Kijk maar wat ik op internet las:
De medische dossiers van 11.000 mannen en vrouwen met 47 verschillende ziektes en pijnlijke aandoeningen werden bestudeerd. Deze patiënten gaven hun pijn een cijfer op een schaal van 0 (geen pijn) tot 10 (ergst denkbare pijn).
Vrouwen bleken meer pijn te ervaren bij 14 van de 47 aandoeningen. Mannen rapporteerden bij geen enkele ziekte intensere pijn dan de vrouwen.  Vaak gaven vrouwen hun pijn een hele punt hoger dan mannen.”   

Daar dan!   wetenschap spreekt. En niet eens Diederik Stapel. 

Deluxebox


Een tijdje geleden ontving ik op mijn mail een Deluxebox aangeboden. Aangezien ik nogal nieuwsgierig van aard ben melde ik me hiervoor aan. Wat kreeg ik aangeboden? Een variatie wijnflessen. 6 stuks voor € 9,99 en bij bestelling kreeg ik een tweede doos gratis. Wijnliefhebber die ik ben bestelde ik gelijk en betaalde deze ook. Ik ontving gelijk een waarde cheque van div. wijnverkopers en echt, de prijzen waren niet slecht. Ik, in mijn enthousiasme klikte op de 1ste box en onze coupon was gelijk niet geldig. We dachten dat we nog wat wijn moesten bestellen en deden dit prompt. Bleek dit een andere site te zijn. Nadat Roen zo lief was te bellen kwamen we erachter wat ik fout had gedaan en we bestelden onze voucher. Dit lukte. Dus verwachten wij nu 3 dozen wijn en zijn toch een stuk wijzer geworden. Ik denk dat ze een nieuwe klant hebben want de prijzen zijn goed en het wordt gebracht. Nu komt het zwaarste deel het drinken van de wijn. Wij besluiten dan  met de wijze woorden; “Als dit lijden is, laat me dan a.u.b. nog meer lijden.” 

donderdag 17 oktober 2013

De cirkel is een beweging.

Ik vroeg de meester: Als het waar is dat ons bestaan een eeuwige cirkel vormt, hoe kan men dan van het heden, verleden en toekomst spreken?
Hij antwoordde mij; De cirkel is een sterke beweging; de mens is gedwongen in de richting van beweging te kijken. Hij neemt het landschap waar dat hij passeert en noemt dit zijn herinnering. Slechts een enkeling slaagt erin één moment uit de baan te stappen; hij neemt dan fragmenten waar van het gebied dat hij door moet trekken; de gebogen lijn van de cirkel maakt hem onmogelijk het tijdstip van aankomst in dat gebied nauwkeurig te bepalen. Men noemt dit een gave en beseft niet hoe groot de angst moet zijn, niet meer in de beweging opgenomen te worden.

Uit “Gesprekken met de meester” van Carla Krüger. 1947

woensdag 16 oktober 2013

Na de Val Poli


Mijn bezoekjes aan de val poli zijn voorbij. Ik ben gefotografeerd, beklopt en beluisterd, bloed is afgenomen. Kortom; ik ben door de medische mangel gehaald. Bezijden enkele onbelangrijke wetenswaardigheden is er gebleken dat mijn bovenbeenspieren wat oppeppers kan gebruiken, dus zijn mijn ochtend rituelen uitgebreid door een kruk te nemen en dan op en neer te zitten en te staan. Ook bemerkte ik dat ik toch ietsjes beter op moet letten. Ik dagdroom nogal veel tijdens het lopen. Dan ben ik in “Verweggistan” zo gezegd. Dat heeft zo zijn nadelen en daardoor is de kans dat ik ga vliegen opmerkelijk. Dus probeer ik alert te zijn, een vooruitziende blik te hebben en telkens mezelf weer tot de orde te roepen. Lastig. Maar ik heb de rest van mijn leven om dit te kunnen  aanleren. Wanneer dat lukt heb ik dan de neiging om een mooi lied van Supertramp te neuriën. Het is de song “Dreamer”. http://youtu.be/2w1g-idt-8U

dinsdag 15 oktober 2013

Van Hoosbui t/m waterdruppel.


Het blijft maar nat en het wandelen gaat steeds korter en sneller. Wolken kijken, dat is leuk. Vroeger leerde ik dat elke soort wolk een eigen naam heeft. Circus, Cumulus, Stratus, Altostratus, Cumulonimbus, Nimbostratus enz. enz.  Mooie woorden en dat zijn ze niet eens allemaal. Google zelf als je er meer van wilt weten. Wolken kijken. We wonen op 5 hoog en op het hoogste deel van onze wijk. Dus kijken we ver en zien uit op Rotterdam. Vlak bij het CS staan erge hoge gebouwen, die zien we niet altijd. Dat hangt af van de wolken. Je moet wat doen in je vrije tijd.


maandag 14 oktober 2013

Droom


Vannacht droomde ik dat ik in mijn eentje in Zuid Frankrijk was. Hoe ik er gekomen was, geen idee, maar ik ging wat erven op van aan mijn ex zwager verwante familieleden. Hij was een Fransman van Nederlandse ouders, die na de oorlog in Zuid Frankrijk met een nieuw leven begonnen waren.
Mijn droom speelde zich duidelijk nu af, ik ben al sinds 2004 niet meer daar geweest gezien mijn ziekte. Ik liep binnen, kreeg koffie, en vertelde gebrekkig en met handen en voeten wie ik was en al snel bleek dat de aanwezigen Nederlands gewend waren te horen. De ouders en familieleden communiceerden vaak nog in het Nederlands. Spreken deden ze het niet maar begrijpen, voor het merendeel wel. Het werd al gauw duidelijk dat ik een oom was van Theo en Alexandra, van Marieke en Muriëlle, en dat hun Oma, Overgrootmoeder en nog een lijn verder onze beste en oudste vriendin is. Tante Riet.
Op dat moment werd ik wakker en wist waarom ik dit droomde. Tante Riet is 99 geworden vandaag. Een prachtige kleine mens, rijkend tot iets boven mijn middel en nog krimpende, die ik nog zie rondscheuren in haar diverse Eendjes. Iedereen hield altijd het hart vast als ze haar zagen rijden, maar zoals gezegd, vandaag is ze 99 geworden.
De hartelijkheid van alle kinderen, en kleinkinderen, staat me zo helder voor ogen. De gastvrijheid en het mee-eten, de eindeloze koffie, de nog grotere hoeveelheid shagjes, de avonden doorzakken met rode wijn, het uitwisselen van gedachtes en idealen, de blik op soms pure armoe, de blijheid om een pakje Hollandsche Stroopwafels, en de gezamenlijke grootse feesten zijn fantastische herinneringen geworden die nu op deze wijze regelmatig terugkeren.

Gefeliciteerd tante Riet.

Door Hot







zondag 13 oktober 2013

Wu Hang Lee


Meestal bleef Wu Hang-Li in zijn huisje , en zijn vrienden kwamen elke dag om lange gesprekken met hem te voeren in de hoop, zijn gemoed op te helderen en een nieuw vertrouwen in hem te doen ontwaken. Wu Hang-Li echter, hoe gaarne hij ook urenlang met hen sprak, was voor hun woorden niet toegankelijk. Daarom besloten zij, hem over te halen, zijn afgeslotenheid op te geven, zich als vroegere tijden weer onder de mensen te bewegen en zodoende de last te verlichten, die hem nog steeds scheen neer te drukken en al zijn overpeinzingen somber kleurde.
Zo kwam het, dat Wu Hang-Li en zijn vrienden eens door de straten van de hoofdstad dwaalden, druk pratend en soms in opwekkende gedachten verdiept. Zij hadden echter nog niet ver gewandeld, toen zij een lange stoet van jonge mensen tegenkwamen, zingend en joelend. Enkele waren gewapend, anderen zwaaiden met vaandels en bonte doeken. Zij waren op weg naar het paleis van de vorst om de opheffing van bepaalde wetten te eisen, die zij als onrechtvaardig en verderfelijk beschouwden. Wu Hang-Li bleef staan en sloeg de voorbijtrekkende stoet met bezorgde blikken gade. Een van zijn vrienden, die dit zag, vroeg aan Wu Hang-Li:
‘Waarom deze bezorgdheid? Is het niet goed, dat de jeugd zich roert, en haar krachten wil ontplooien? Is het niet loffelijk, dat zij haar bijdrage wil leveren om de algemene ontreddering tegen te houden?’
Wu Hang-Li keek zijn vriend peinzend aan, voordat hij antwoordde:
‘Het is goed, dat de jeugd haar plaats in de wereld wil veroveren, zolang de ouderen haar die plaats betwisten, en het gezag gehandhaafd blijft. Maar zodra de ouderen vrijwillig afdanken en de jeugd de leidsel in handen geven, dreigt er een stortvloed, die alles en iedereen zal overstromen. De jeugd moet luidruchtig zijn-wie zou haar willen beletten, te schreeuwen en haar wens kenbaar te maken? Maar haar kreet moet een roep van verlangen zijn, en geen triomfantelijk gejuich. Jeugd is belofte, is onzeker tasten en de juiste weg zoeken, die voor haar slechts in vage omtrekken herkenbaar is. Wat moet de jeugd beginnen, die men doet geloven, dat zij het doel heeft bereikt? Het gebaar der rijpheid en ondervinding, dat zij zich hier aanmatigt, misstaat de jeugd.’
‘Zijt gij niet onrechtvaardig en al te streng?’ vroeg een vriend.
‘Ik klaag de jeugd niet aan’, antwoordde Wu Hang-Li, ‘al gaat ook zij niet helemaal vrijuit. De grootste schuld echter treft de ouderen, die het de jeugd al te gemakkelijk maken. De jonge mens grijpt, wat zijn begerige handen kunnen houden, zonder te vragen of het hem ook toekomt. Maar de ouderen moeten weten, dat de jeugd van verkwisting en verguizing leeft, en dat alle schatten der aarde niet toereikend zouden zijn om de mateloze begeerte van de jeugd te stillen.’
‘Hoe komt het dan, dat de jeugd de macht in handen gelegd ziet?’ vroeg een ander van Wu Hang-Li’s vrienden.
Deze zei : ‘Hebt ge nog niet opgemerkt, dat niemand meer oud wil worden? Een grijsaard was vroeger een eerbiedwaardige verschijning, men eerde hem overal om de som van levensdondervinding  die hij in vele jaren had opgedaan,- en levensdondervinding dunkte  iedereen het hoogste en begerenswaardige goed. Thans echter streven mensen er naar, om de vergankelijke jaren der jeugdige onbezonnenheid  te bestendigen,- wij erkennen de waarde van de hoge leeftijd niet meer.’
‘Maar is het niet mooi om jong en fris te blijven, om de oneindigheid van de nieuwe dag met vernieuwde kracht te voelen?’
‘Zo denken slechts zij, die dit leven beschouwen als de som van alles, wat ons is toebedeeld’. Antwoordde Wu Hang-Li, ‘zo denken zij, die angst voor de dood hebben, omdat de wil van de Hemel wantrouwen. Het is een zeer ernstige vergissing te geloven, dat de jeugd de oneindigheid van Hemel en Aarde sterker beleeft en duidelijker beseft dan die van de rijpere leeftijd,-het tegendeel mis waar. En zijn wij geen dwazen, meer dan dwazen, om er naar te streven, iets vast te houden, wat ons toch onherroepelijk ontglipt? Kunnen wij beletten, dat onze haren grijs worden, dat onze huis rimpelt, dat ons bloed trager stroomt en onze gewrichten verstijven? De mens is geworden om te rijpen en oud te worden, en hij dient zich van deze wet van de Hemel bewust te zijn. Een mens, die niet meer rijp wil worden, is als een plant, die niet wil bloeien noch vruchten wil dragen, is als een rups, die geen vlinder wil worden, is als een ei, dat weigert, kuiken te worden.
Ik heb al jarenlang een tekst in mijn bezit dat verhaalt over een gesprek tussen meester en leerling. Dat gesprek ging over een kristal en de betekenis die de meester er aan gaf. Deze meester is Wu Hang-Li. Die tekst vonden Hot en ik toch wel bijzonder inspirerend en vooral tijdloos. Dus zocht ik tijdenlang een boek over hem in de 2de hands markt. Eindelijk vond ik een boekje dat een beetje verhaalt over het verleden van deze man. De schrijver is Norbert Loeser en het boekje heet 'De wijsheid van Wu Hang-li. '' Ook hij wist niet veel over deze man maar hij denkt dat die na 213 v.Chr. leefde. deze datum is berucht door de Qin dynastie en de grote boekenverbranding en het uitmoorden van de Confusius geleerden. Als Wu Hang-Li tijdens en voor deze datum had geleefd zou hij ook gedood zijn. Het is dus een zeer oude tekst en als je door de taalgebruik kunt lezen zou je 'zoals vele andere teksten van bekende denkers door de tijden heen' het nu nog steeds gelden.



zaterdag 12 oktober 2013

Je merkt dat je ouder wordt;


Wanneer ze je mevrouw noemen
Wanneer ze je een stoel aanbieden tijdens het dansen of in een bus.
Wanneer dezelfde trap steeds hoger wordt.
Wanneer tijdens de 100 meter spurt je hart harder gaat dan je benen
Wanneer je het over je favoriete band hebt glazig word aangekeken.
Wanneer de doctoren en politici steeds jonger zijn.
Wanneer je meneer wordt genoemd tijdens het bellen.
Of wanneer Roen mevrouw wordt genoemd.
Wanneer ze heel beleefd tegen je doen tijdens een conflict en toch met hun ogen rollend naar boven kijken met een diepe zucht.  
Wanneer ze invullen dat je niets van computeren snapt.
Wanneer BN’ers steeds onbekenden zijn


vrijdag 11 oktober 2013

Het verhaal gaat verder.


Welk verhaal? Van de AGPO-Ferroli bedoel ik. De beneden buurvrouw van 2 hoog kwam bij ons met de vraag of we hiervan iets wisten. Want de buurvrouw van 1 hoog heeft geen verwarming meer want haar AF had het begeven en bij de vervanging zou zij als 1ste op de lijst staan. Zij had de installateur gebeld die haar vertelde dat het wat uitgesteld was omdat niet alle inwoners hadden gereageerd. We ploften want zij waren 2 weken te laat en hadden ook beloofd dat zodra alles benodigdheden binnen waren ze meteen zouden beginnen. We belden onze VvE beheerder en die was erbij geweest met die belofte en beloofde hen te bellen om de druk op te voeren en Roen belde hen ook om hetzelfde te doen. Hier is hij goed in. Na al de jaren in de psychiatrie als verzorger en O.R. lid heeft is hij hier een prof in geworden. We hebben nu een voorlopige datum, de 21ste dezer maand.

donderdag 10 oktober 2013

En nu?


Ik zit hier nu achter mijn pc naast mijn lief. De foto’s van de dierentuin zijn uitgeschud vanuit mijn camera. De slechten zijn uitgezocht en weggezapt. Helaas, het waren er meer dan ik verwachtte. Ook is de cursus “Creatief schrijven” gedownload. Hoofdstuk 1 heb ik doorgeneusd.  Ook daarin wordt begin van het schrijven van een verhaal uitgelegd. Ik heb minstens 4 aanbevelingen ontvangen. Altijd gebeurt het wanneer ik uit meerdere dingen kan kiezen dat er een kleine kortsluiting volgt met de volgende wanhoopskreet; En Nu? Dat bekent gewoon dat ik alles moet sluiten, een uitnodigende blik naar onze viervoeter sturen en even wandelen. Dit is niet de eerste keer dat dit gebeurt. Ook bij de SKVR kregen we van Nico Kervezee: of een wazige print van een het werk van een kunstenaar, of een gedicht of deel van een tekst in onze handen geduwd met de opdracht: Maak dit je inspiratiebron. Dan ging ik wat krassen, kijken, praten, verf spreiden over een leeg blad en daarover nog een blad neerleggen en dit uit elkaar trekken. Dit geeft een apart effect. Zo ga ik les 1 ook aanpakken, maar in ieder geval gaat de radio muziek opvangen want wanneer er mensen praten op de achtergrond dan loopt het niet goed. 

woensdag 9 oktober 2013

Tijd voor mezelf

Al doende leren we heel wat van onszelf. Ik kreeg een lief mailtje van Laaglander en voelde me gesteund. Hij wenste mij sterkte met de veranderingen van mij en mijn lief. Het zal wel loslopen want inderdaad hebben we dit al een aantal maal meegemaakt. Vroeger werkte Roen op crisis. Daar was het zwaar. Ik herinner me een verhaal van hem dat hij samen met een collega samen wachtte op een patiënt die daar gebracht werd door 3 politie agenten. Deze man had in een psychose een samoerai zwaard gehanteerd waarin hij zeer geoefend was. Die agenten hebben toestemming om geweld te gebruiken en de hulpverleners niet. Die stonden te wachten met de spuit op de achtergrond om deze man in isolatie te laten kalmeren. Dus kwam Roen wel eens thuis terwijl hij of lichamelijk of geestelijk in de kreukels lag of beiden. Ik mocht hem dan opvangen. Zuster Els is back in town, zeg ik dan. Ik vraag me soms wel eens af of de directie wel eens stil staat hoe zwaar soms de taak is van het thuisfront. Roen kreeg wel eens een goedmakertje zoals een etentje om hem te bedanken. Ik heb daar nog nooit iets van gehoord. Wat ik trouwens wel anders doe? Ik maak nu ook tijd voor mezelf vrij. Zo ging ik gisteren heerlijk in mijn uppie naar de dierentuin waarvan ik een abonnement heb. Daar heb ik lekker gezeten, foto’s genomen en in de oogjes van een longvis gekeken die mij ook aan het bekijken was.



Gouden week


Het was een bewogen weekje voor de oude Laaglander. Zaterdag de marathon van Zeeland. Er valt veel over te zeggen maar hij verschilde nauwelijks van die van vorig jaar, dus ik hou het kort. Mijn knappe collega was dit keer vijfendertig minuten sneller dan ik. Ik begin eraan te wennen. Ouderdom komt met gebreken en die heb ik nog geeneens. Ik mag blij en trots zijn dat ik überhaupt een marathon kan lopen, en dat ben ik. Mijn collega eindigde als vierde in haar leeftijdscategorie, volgend jaar zal ze winnen, ik voel het.  Ik liep weer tussen veel vrouwelijk schoon. Eén keer viel ik op de straat, ik struikelde over niks, maar de schade viel mee: een klein ontvellinkje op mijn pink. Ik riep jolig tegen de andere lopers: ’Even een dynamische strekoefening tussendoor.’ Het was mooi weer, een beetje warm en vochtig maar toch mooi weer en het publiek was weer fantastisch. Volgens jaar weer? Absoluut!
Tweede hoogtepunt, plaatsing van mijn verhaal over paardrijden als gouden brief in de Margriet van deze week. Nummer 41. Twee maal eerder in de geschiedenis heb ik een brief naar Margriet/Libelle gestuurd en twee maal was het goud. Ik ben een echte gouden brievenschrijver. Zo’n gouden tientje is nog heel wat waard. Helaas geeft de Margriet nu een gouden munt. Die zal wel minder waard zijn want niet interessant voor muntenverzamelaars. Genoeg borstklopperij.
De herfst komt er aan - is er al - en om winterdepressie te voorkomen heb ik me weer ingeschreven voor een schrijfcursus. Verhalenschrijven, dit keer. Ik ga m’n huiswerk misschien weer opdringen maar het eerste huiswerk, een zintuigendagboek, is daar niet geschikt voor. Jullie horen  nog van mij.


dinsdag 8 oktober 2013

Afscheid


Afscheid nemen kun je op verschillende manieren doen, en na afscheid te Afscheid hebben genomen van veel verschillende mensen afgelopen jaar. Van de een min of meer verwacht, of het zat er aan te komen, van de ander was de persoon in kwestie dusdanig oud dat het er ook min of meer bij hoort, en weer anderen totaal out of the blue. Zonder voorbereiding, zonder aanwijzingen en erg rigoureus aankomend. Zelfs erg confronterend waar het om leeftijdsgenoten gaat.

Nu zit ik voor de tweede maal dat ik afscheid aan het nemen ben van mijn werk. De eerste keer na de diagnose poli myositis  in oktober 2007 dacht ik ook dat het einde nabij was, maar wist ik een kleine twee jaar later weliswaar onder strikte voorwaarden en met een heftig aangebrachte structuur toch nog vier jaar full time terug te komen. En dat ging heerlijk. Ik kwam weer helemaal op dreef en moest me weliswaar aan grenzen houden maar kon toch volwaardig mee. Nu daarentegen voelt het als veel definitiever. Het werk is veranderd, de patiënten populatie is dubbel diagnose geworden en lijflijk ben ik de afgelopen jaren toch achteruit gegaan. De rek is er uit, en de flexibiliteit die van me gevraagd word is niet meer aanwezig.

Ik zit thuis, heb weinig of geen conditie, voel me uitgeblust, moe na een klein rondje met de hond, of een ommetje over de markt. Ik ben net met de scootmobiel en Jesse even naar de maasboulevard geweest, en zelfs nu, zonder te lopen ben ik toch opnieuw moe. Het was overigens wel leuk, want dat in galop draven naast de scootmobiel is iets wat Jesse prachtig vind. Ze vond het eerst nog maar een eng en lomp zoemend ding, maar nu ze het een beetje kent is de engheid weg en blijk ik voor haar nog gewoon de baas. Het is weer wennen.

Kortom Jesse went er wel aan, maar wen ik er aan? Ja dat is nog even afwachten.


Hot.

maandag 7 oktober 2013

Herfst


De bomen roesten in het zieke licht
langs somber in zichzelf gekeerde grachten.
In wilde, stormdoorvlaagde regennachten
vertoont de maan een bleek, behuild gezicht
boven de lege straten, smalle schachten
waar in een onverbiddelijk gericht
de zomer langzaam voor het najaar zwicht,
terwijl de huizen op het einde wachten.
Tegen de morgen is de strijd beslecht.
Een vage geur van heimelijk bederven
heeft aan de moede wind zich vastgehecht.
Tussen een handvol dunne zonnescherven
heeft zich de zomer moeizaam neergelegd
om eenzaam en onopgemerkt te sterven.
Hanny Michaelis
uit 'Verzamelde gedichten'
Van Oorschot 2006
Triestig maar wel mooi.


zaterdag 5 oktober 2013

Elsa




Vroeger was er een serie op de buis. Elsa de leeuwin. Fascinerend vond ik dit. Wat een magnifiek beest en ze liep statig. Prachtig. Deze leeuwin maakt me aan haar denken. Misschien is ze een achter-achter nicht van Elsa. Je weet maar nooit.  

vrijdag 4 oktober 2013

Van A naar B.


We liepen in Vlaardingen vandaag. Onze huisarts is verhuisd naar deze stad. Vanwege het gebrek aan ruimte in zijn oude praktijk, vertelde hij ons. Dus liepen we in Vlaardingen in een wijk die we nog niet kenden. Het is bosrijk daar. Dus we bemerkten dat de bomen nu echt aan het verkleuren zijn. Leuk! Ook omdat we nieuwe bomen in onze laan hebben staan. Deze zijn Noorse Esdoorns. Deze schijnen een prachtig bladerdek te hebben tijdens het verkleuren. Ik ben benieuwd of dit klopt. We zullen wel zien. De arts had een interessant voorstel waar Roen waar toe zou kunnen werken. Het zal wel een omscholing vergen. Dit vind Roen niet erg want het gaat dan in een richting van zijn vak wat hij nu al vrijwillig doet. Hij gaat dan de patiënten met telefoon en via mail begeleiden. Dan moet wel de leidinggevende haar fiat geven. Het klonk ons niet gek. De verzekeringen vinden het fijn als de patiënten niet opgenomen hoeven te worden. De baas is blij want de regering vindt het fijn dat er minder mensen in de WIA zitten en dat de patiënten thuis blijven en dat Roen hun quota gaat halen van personeel met een vlekje. Daar krijgt zijn baas een premie voor heb ik vernomen. Dat laatste weet ik niet zeker. Thuis heeft mijn lief al direct een aantal personen op zijn werk hiervan op de hoogte gebracht. Ik ben benieuwd. 

donderdag 3 oktober 2013

Een mooi portret


Deze portret heb ik genomen van een van onze metgezellen tijdens een van onze trips lang de musea trip. Het is gewoon een heel mooi portret.

woensdag 2 oktober 2013

Wij zoeken ons te pletter.


Roen gaat zwemmen op de Woensdag in een verwarmd bad alwaar hij samen met chrono mensen zijn oefeningen doet. Dus scheiden onze wegen en later kwam hij terug met de vraag of ik wist waar de foto was gebleven van Jesse als boegbeeld van de fluisterboot in Schiedam. Nu, als jullie eens wisten hoe vaak Jesse als model heeft gestaan en deze bevinden zich op onze computers en op de harde schijf. Dat’s zoeken. Ik heb hem nog niet gevonden maar zie toch weer eens een aantal oude foto’s. Deze is nog in ons oude huis genomen. Zij is en blijft een nieuwsgierig meisje dat open staat voor nieuwe dingen. In dit geval had ik een bellenblaas buisje gekocht en ging dus blazen. Zij vond dit toch wel erg verwonderlijk. Die rare dingen die ook nog konden zweven. Zij bekeek ze en soms zag ze scheel en probeerden ze te happen zodat ze deze kon pakken en bekijken. Nada dus. Dan maar denken “Oh, Jesse wat heb je toch van die grote tanden!”  

dinsdag 1 oktober 2013

Een mooi bord van Corneille gescoord.


We zijn er alweer ingetrapt. Telkens, wanneer we afspreken dat we het zuinigjes gaan doen en we gaan naar de markt alwaar we de 2de hands goederen passeren gaat het weer mis. Prompt worden we weer verliefd. Dit keer was het een heel mooi keramieken bord met een vogel van Corneille en een bord met pelikanen gemaakt door Ina Hartman voor Sanquin. Het komt bij Schoonhoven Keramiek vandaan. Ik moest vanmiddag weg. Toen ik thuiskwam had Roen al ijverig een van de borden opgehangen. Toch moeten we erg voorzichtig zijn bij de markt. Het valt me op dat telkens wanneer de bodem van de portemonnee in zicht is we dan de meest fantastische voorwerpen zien. Leren we het dan nooit?