maandag 25 maart 2013

En nu de lente nog


Afgelopen donderdag, toen ik met de hardloopgroep het sterrenbos introk, kwam ik Els tegen, mijn lieve hoofd- en eindredacteur. Ze werd uitgelaten door Jesse, de vrolijke Griekse border collie. Ik kon niet veel zeggen, ik moest dóór. M’n groep was al uit het zicht verdwenen. Intussen knaagde het schuldgevoel. Ik heb al een paar weken niet geleverd. Dat komt door de belasting. Telkens denk ik: ik moet een stukje schrijven maar eerst m’n aangifte doen. Dat blokkeerde alles want die aangifte stelde ik al maar uit. Dat heb ik van mijn doelgroep geleerd: Stel nooit iets uit tot morgen als je het ook kan uitstellen tot overmorgen. Maar nu is me aangifte af en gemaild, veel gemakkelijker dan ik dacht want inderdaad, de belastingdienst had hem al voor 80% ingevuld.
Een ander probleem is dat ik vaak vind dat ik niks te vertellen heb. Dan lees ik een column en dan denk ik òf: wat een flauwe flutcolumn, ik ben blij dat ik hem niet geschreven heb of ik denk: wat een leuke, geestige column, kon ik dat maar. Dat schiet dus niet op. Zo raak ik nog in een writers block verzeild, met een depressie op de koop toe. Nee. Ik moet maar gewoon, gewetensvol mijn bescheiden ding doen, misschien niet zo geestig als Sylvia Witteman maar hopelijk ook niet al te flauw.
Nog eenentwintig nachtjes slapen voor de marathon. Ik lig op schema en ik ben nog steeds 70 kg. Hardlopen is een bron van vreugde. Al maakt Mink, het gangmakertje, het me soms niet even makkelijk. De laatste keer heb ik hem twee keer bij een vleesgroothandel moeten weghalen. De hongerlijer. Vlakbij het parkje waar ik altijd begin met joggen is  een bedrijventerrein waar een vleesgroothandel is gevestigd. Overdag is het er bedrijvig. Grote vrachtwagens uit Spanje en Roemenië lossen daar op drie losperrons hun vracht. (Hinnik-rund, waarschijnlijk.) Als ik Mink kwijt ben zit hij vaak onder zo’n losperron, te wachten of er niet een vleesje of een botje valt. De buitenlandse chauffeurs vinden het nogal lollig, geloof ik. Eén keer heeft hij zich er laten insluiten. Toen was hij kennelijk net voordat het hek dicht ging naar binnen geglipt. Gelukkig was er nog een oude receptionist aanwezig - hij stond ook op het punt te vertrekken - die blazend, steunend en mopperend de poort voor de insluiper opende. Zo houd die schurk me wel vaker bezig. Meestal loopt ie braaf mee maar voor loopse teven en lekkere hapjes vergeet hij zijn plicht.    
Nu de lente nog. Laat die gevreesde opwarming van de aarde maar beginnen, daar kan ik wel mee leven. Ik ben die winter spuugzat. Wie niet? Ik wil met slippers en kortgebroekt in de tuin zitten en blootraaps joggen. Dan kan iedereen mijn six pack en mijn gespierde benen zien, zolang ik ze nog heb, en wordt ik een beetje bruin.

Laaglander

Geen opmerkingen: